Sint Annakerk
Protestantse gemeente te
Eck en Wiel
Geschiedenis

De Sint Annakerk is een laat-gotische dorpskerk,
een zgn. pseudo-basiliek. Gesticht rond 1266 en
gewijd (opgedragen) aan St. Anna (begenadigde)
Waarschijnlijk omdat de moeder van de stichter
Bartholomeus van Eck de naam Anna had.

De oorspronkelijke kerk werd omstreeks 1363
tijdens twisten tussen de Bronckhorsten en de van
Heeckerens verwoest (de aanleiding is onbekend).
Al gauw werd met de wederopbouw begonnen die
echter langzaam vlotte. Zodoende dateert de toren
uit de 14e eeuw, het schip uit het einde van de 15e
begin 16e eeuw en het koor uit de 16e eeuw. 

De kraagstenen waarop de ribben rusten, zijn bij vier stuks op primitieve wijze de symbolen van
evangelisten gebeiteld. De overige kraagstenen hebben enkele sporen van polychromie.

De preekstoel dateert uit de 17e eeuw, de voet was oorspronkelijk van een 15e eeuws doopvont.
Hij is versierd met houtsnijwerk met op de hoeken kleine uitgesneden mensen- en leeuwenkopjes en
wordt aan weerszijden geflankeerd door een betimmering van toog- (boog-reliëf) panelen en banken. 
De messing lezenaar is in 1728 geschonken door Nicolaas van Velpen, burgemeester van Amerongen.
Voor aan de preekstoel hangt een messing doopbekken, ook uit de 17e eeuw.

In het koor staat een 17e eeuwse eikenhouten bank van landgoed Huis te Wiel, de zgn. Wielse bank.
Ook uit die tijd dateren de banken van de herenhuizen Kortenhoeve en den Hul.

In de zijbeuken hangen twee bijzondere 17e eeuwse luchters. De armen van deze luchters zijn
gekronkelde slangen die op hun kop als kroon de kaarsen dragen. In het schip hangen twee fraaie
kroonluchters eveneens uit die tijd. De kroonluchter in het koor  is echter een replica.
Op het doophek  en de banken naast de preekstoel zijn vier blakers aangebracht ook uit die tijd.

In de wand van de noord beuk is een gedenk-steen van gele zandsteen aangebracht voor Geerlof
van Darthuysen, die in 1513 in de Betuwe doodgestoken werd. Hij was de zoon van een schepen
(stadsbestuurder) uit Wijk bij Duurstede. Tijdens de beeldenstorm  is de steen echter ernstig verminkt.

In het hogere gedeelte van het koor onder het orgel liggen drie grote grafkelders, waarvan de
grootste toebehoort aan de heren van Eck en Wiel (fam. van Delen en van Neukirchen).
De anderen zijn van de bewoners van huize Kortenhoeve (fam. van Eck van Panthaleon en
De Cock van Delwijnen) en de bewoners van huize de Hul (fam. van Rumelaer).

In het koor staat een fraai bewerkte ijzeren kist die mogelijk dateert uit de 17e eeuw. Hierin werden
de papieren van zowel de diaconie als van de kerkvoogdij (kerkrentmeesters) bewaard.

Het jaar 1577 mag gezien worden als het beginpunt van de Reformatie in Eck en Wiel.
De eerste predikant die wordt vermeld is Simon Lucae Bysterus, die nadat hij was vertrokken naar
Ingen, in 1621 werd opgesloten in Slot Loevestein wegens Remonstrantse gezindheid.
Van 1854 tot 1900 stond hier Ds. Jacobus Anspach, die als geschiedschrijver naam gemaakt heeft.

Op 10 februari 2012 is aan de St. Anna kerk het monumentale kunstwerk “Wording” van de bekende
materieschilder Jan van Straelen geschonken door het kunstenaarsechtpaar Weggema uit Veeendaal.
Dit zesdelig kunstwerk heeft de schepping als uitgangspunt.

De toren is een sober vroeg-gotische bouwwerk met een korte ingesnoerde spits. Aanvankelijk was
hij hoger, maar nadat hij in 1636, 1747 en 1836 was omgewaaid besloot men hem lager te maken.

Het 17e eeuws smeedijzeren torenuurwerk dat weliswaar nog in tact is, werd met de restauratie van
1999 - 2002 vervangen door een automatisch werkend uurwerk dat radiografisch door DCF77
ontvangst de vier wijzerplaten en het luid-mechanisme aanstuurt.

De klok in de toren die een diameter van 108 cm heeft, is voorzien van het volgende opschrift,
“Laudo Deum verum voce plebem collego clerum.  MCCCCXX   Willam Butendiic Fecit”.  (Vertaling)
Ik prijs de ware God, met mijn stem roep ik het volk samen. 1420   Gemaakt door Willam Butendiic.

In 1943 is de klok gevorderd door de Duitse bezetter, ondanks het feit dat de Rijksdienst voor de
Monumentenzorg de klok had aangemerkt als van nationaal cultureel histories belang omdat hij
behoord tot een van de oudste van ons land.
Nadat de klok uit de toren was gehaald werd hij met de klok uit Ravenswaaij vervoerd op de rijnaak
“Op hoop van zegen” naar Hamburg, om te worden omgesmolten voor de oorlogsproductie.
Aan boord waren twee broers, Harm en Pieter ten Cate afkomstig uit Eck en Wiel, ze vonden het
veel te ver gaan om de hun zo dierbare klok aan de Duitse vernietiging prijs te geven.
Na zich enige moed te hebben ingedronken en wat op hun accordeon gespeeld te hebben, draaiden
ze de vlakkranen van hun rijnaak open waardoor deze naar de bodem van het IJsselmeer zonk.
Na de oorlog is de klok weer op zijn oorspronkelijk plaats in de toren opgehangen.