Advent
28-11-2021De naam Advent komt van het Latijnse woord Adventus dat komst betekent. Met Advent bereiden
Christenen zich voor op het Kerstfeest en wordt de komst en wederkomst van Jezus verwacht.
De liturgische kleur met Advent is paars, symbool voor soberheid en inkeer.
Advent begint altijd op de zondag die valt tussen 27 november en 3 december en eindigt met het
Kerstfeest. Hierdoor is de lengte van Advent verschillend, maar telt wel altijd vier zondagen.
Advent heeft in de liturgie een dubbele betekenis. Het is de voorbereidingstijd op het Kerstfeest,
met de geboorte van Jezus. Die naar deze wereld gekomen is om mens te zijn onder de mensen.
Minder bekend, maar minstens even belangrijk is dat we met Advent ook stil staan bij de nog te
verwachten (weder)komst van Jezus. Christenen kijken daar naar uit.
Advent wordt symbolisch zichtbaar gemaakt door een adventskrans of met een kaarsenstandaard
waarop vier kaarsen staan. Elke Adventszondag wordt een kaars aan gestoken, zodat op de laatste
zondag voor het Kerstfeest alle vier de kaarsen branden. Hiermee wordt uitgebeeld dat hoe lichter
het wordt, hoe dichter we bij het Kerstfeest zijn met de geboorte van Jezus, het licht der wereld.
De Adventskrans vindt zijn oorsprong in een oud gebruik. Voor de Germanen was de tijd dat de zon
een aantal dagen stilstond de zogeheten winterzonnewende een reden voor het heiligste feest van
het jaar. Als de zon stilstond, zo dacht men werkte zij niet. Het zou daarom goed zijn als de mensen
ook niet zouden werken uit eerbied voor de zon. Geen wagen- of spinnewiel mocht dan ook draaien.
Symbolisch werd dit uitgedrukt door een met bosgroen versierd wagenrad in de woning te hangen.
Dit wagenrad diende als basis voor de hedendaagse Adventskrans.